Gras

Gepubliceerd op 9 augustus 2022 om 13:45

Het zomerseizoen is in volle gang en dat betekent vaak veel weidegang voor de meeste paarden. Het is een fijne manier van ruwvoer verstrekken. Het paard bepaalt hoeveel het inneemt, het is smakelijk en goedkoop. Maar er zijn ook nadelen te noemen van gras. En niet ieder paard kan een dag op de wei verdragen. Maar hoe zit dat nu?

In de natuur eten paarden veel verschillende soorten grassen, kruiden en takken. Dit omdat het maag-darmstelsel het beste functioneert op een gevarieerd vezelrijk rantsoen. En daar zit meteen het eerste gevaar: het Nederlandse gras is te eenzijdig. Veel weides bestaan vooral uit raaigras, dat eigenlijk is bestemd voor melkvee. Dit maakt dat het energie-, suiker- en eiwitgehalte hoog is. En daar kan niet ieder paard even goed tegen.

Een goede paardenwei bevat meer dan alleen maar raaigras. Er zijn tegenwoordig diverse graszaadmengsels in de verkoop die uitermate geschikt zijn voor een paardenweide. Deze bevatten grassoorten als timotheegras, beemdlangbloem, veldbeemdgras, roodzwenkgras of rietzwenkgras Maar ook kruiden zijn zeer welkom in een paardenweide. Hiervoor kun je een afzonderlijk kruidenmengsel kopen met kruiden als peterselie, karwij, weegbree, kamille, paardenbloem en witte klaver. Dit is niet alleen goed voor je paard, maar ook voor de bodem en de biodiversiteit. Je wei zal er dan niet meer zo strak grasgroen uitzien, maar een mengeling zijn van kleuren en verschillende tinten groen.

Naast het juiste zaaimengsel is het natuurlijk ook van belang dat de bodem geschikt is voor de diverse soorten grassen en kruiden. Een goede paardenweide heeft een bodem met een pH-waarde van rond de 7. Veel paardenweides zijn te zuur en hebben dus een lagere waarde. Je kunt de waarde van jouw grond heel makkelijk zelf meten met een pH meter. Is je grond te zuur, kun je de zuurgraad verhogen door traagwerkende kalk te strooien. Dit kan in de vorm van gemalen schelpen of lavameel. Is je bodem veel te zuur en wil je dit snel corrigeren, kun je kiezen voor een snel opneembare kalkkorrel.

Ook bemesting is van directe invloed op je pH-waarde. Zo is paardenmest vrij zuur en wanneer je de weide bemest met paardenmest (bijvoorbeeld door de mest te verslepen), zul je regelmatig moeten kalken om de balans in je weide te behouden en te voorkomen dat de bodem te zuur wordt. Beter is het om de paardenmest eerst te composteren voor je dit over het land verspreid. Kunstmest wordt afgeraden voor een paardenweide, omdat dit het bodemleven nadelig beïnvloedt. Het beste, naast compost, is om licht te bemesten met dierlijke mest. Het gras zal hierdoor dieper gaan wortelen, het wordt minder suikerrijk en er zullen meer soorten gaan groeien in je weide.

Het moment van weidegang is ook belangrijk. Over het algemeen geldt: des te korter het gras, des te meer stress. En wanneer gras stress krijgt tijdens de groei, zal het meer suiker en fructaan produceren. Dit kan weer problemen geven bij je paard zoals hoefbevangenheid of overgewicht. Het is dan ook beter om te wachten met beweiden tot het gras in het zaad staat. Dan heeft het gras de grootste groei gehad en is gras veel vezelrijker. Hoe lastig het ook is, het is dus soms beter te wachten met weidegang tot wat later in het jaar.

Gras bestaat voor 80% uit water en 20% uit droge stof. Een paard moet dus wel flink wat gras innemen om aan genoeg vezels en droge stof te komen. Een paard neemt de eerste 4 uur van de weidegang het meeste gras op. En des te korter je je paard op de wei zet, des te sneller zal hij gaan eten. Na de eerste 4 uur zal zijn snelheid afnemen van 4,5 kg gras per uur naar 2kg gras per uur. Wil je gras inname beperken is kortere weidegang dus helemaal niet zo'n goed idee. Je kunt dan beter kiezen voor strookbegrazing om ook echt de hoeveelheid gras te beperken. Of toch kiezen voor langer weidegang, maar dan met een graasmasker.

 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.